Een pad met een streep op z’n rug… de rugstreeppad! Hij heeft verder een bruin tot groene kleur met donkere vlekken op zijn rug. Om zich te beschermen tegen vijanden heeft de rugstreeppad gifklieren. Die zitten achter de ogen en hebben een driehoekige vorm. De keel van het mannetje is blauw gekleurd en heeft een kwaakblaas. De rugstreeppad leeft vooral ’s nachts. Dan gaat hij op zoek naar zijn eten. Spinnen, mieren en kevers staan op zijn menu. Overdag schuilt hij in een zelf gemaakt holletje of onder stenen en bladeren. In mei begint de paartijd van de rugstreeppad. Dan zoeken ze het water op, en op de bodem van ondiep water worden drie- tot vierduizend eitjes gelegd, in lange gelei-snoeren.
3623